Om verzuring van schrale graslanden, heidevelden en bosgronden tegen te gaan is het belangrijk om mineraalrijke substraten toe te voegen. Op graslanden en heidevelden wordt hiervoor met kunstmeststrooiers gewerkt, maar in het bos gaat dat niet. Martens Oudenbosch ontwikkelde hiervoor een oplossing waar boswachters van Staatsbosbeheer enthousiast van werden.
“Door verzuring van de bodem komen mineralen, zoals calcium, magnesium en kalium vrij uit schrale zandgronden en spoelen met het grondwater weg”, legt Gijs van de Sande uit. Hij is zelfstandig adviseur natuur- en bosbeheer en is vanaf het begin bij het project betrokken. “Hierdoor verandert de samenstelling van de bodem en verdwijnt de oorspronkelijke flora. Deze wordt dan overgenomen door vegetatie die daar niet thuishoort.”
Steenmeel tegen verzuring bosgrond
“Omdat het oorspronkelijke verzuringsprobleem niet zomaar voorbij is, is er op grote schaal behoefte aan een voorlopige oplossing. Het toedienen van steenmeel heeft zich hiervoor al bewezen. Steenmeel is een gruisachtig substraat, dat qua structuur vergelijkbaar is met kalk, en bevat de nodige mineralen. Biochemische processenaken deze mineralen langzaam vrij en geven deze af, waardoor de mineraalverhouding in de schrale bosgrond weer in balans komt.”
Laagdrempelige oplossing
“Kunstmeststrooiers kunnen in de wilde bossen van tegenwoordig niet toegepast worden en hebben ook een veel te klein bereik. Daarom zijn de mannen van Martens Oudenbosch aan het ontwerpen gegaan. Uiteindelijk bouwden ze een prototype van een trekker met een steenmeelreservoir en een grote blazer. Tijdens een proef reden zij met deze compacte combinatie over de bestaande werkpaden door een tijdelijk afgesloten stuk bos en bliezen de steenmeel tientallen meters ver over de bosbodem. Hiermee konden ze makkelijk tussen de bomen door manoeuvreren en voor een goede dekking zorgen. De aanwezige boswachters van Staatsbosbeheer waren net als ik erg enthousiast over het resultaat, want door deze efficiënte oplossing is het tegengaan van verzuring in bosgebieden nu erg laagdrempelig geworden. Het prototype dat voor de proef gebruikt werd was achteraf al bijna perfect en heeft maar een paar kleine aanpassingen nodig om grootschalig ingezet te worden.”